Annualisering

Sinds 1 november 1997 kunnen alle bedrijven via een aanpassing van het arbeidsreglement de gemiddelde wekelijkse arbeidsduur van 38u (VVM 37u) over een referteperiode van één jaar (i.p.v. een trimester) spreiden[1]. Voor geregeld en bijzonder geregeld vervoer, annualisering is mogelijk. Voor ongeregeld vervoer, annualisering is niet mogelijk als gevolg van de Europese regelgeving inzake arbeidstijd. De maximale referteperiode wordt krachtens deze regelgeving immers vastgelegd op een semester. 

De aanpassing van het arbeidsreglement gebeurt als volgt[2]:

Bedrijven zonder Ondernemingsraad:

  • de werkgever hangt de voorgestelde wijziging uit gedurende vijftien dagen en voorziet een register waarin de werknemers hun opmerkingen kunnen noteren;
  • het register wordt na vijftien dagen opgestuurd aan de arbeidsinspectie;
  • indien geen opmerkingen geformuleerd worden, wordt het nieuwe arbeidsreglement vijftien dagen na de uithanging van kracht;
  • indien opmerkingen geformuleerd worden, maakt de werkgever deze bekend door uithanging. De arbeidsinspecteur tracht vervolgens de standpunten binnen de dertig dagen te verzoenen;
  • bij verzoening wordt het arbeidsreglement van kracht op de 8e dag na het akkoord;
  • bij gebrek aan verzoening wordt het dossier bezorgd aan het bevoegde paritair comité.

Bedrijven met Ondernemingsraad:

  • de ondernemingsraad wijzigt het arbeidsreglement op voorstel van de werkgever of de werknemers;
  • de voorgestelde wijzigingen worden eveneens uitgehangen;

  • bij gebrek aan akkoord in de ondernemingsraad, wordt de arbeidsinspectie ingeschakeld voor een verzoening;
  • bij gebrek aan verzoening wordt het dossier aan het bevoegde paritair comité bezorgd.

[1] Art. 20bis Arbeidswet.

[2] Art. 11 en 12 wet van 8 april 1965 tot instelling van de arbeidsreglementen, BS 5 mei 1965.